Pagina 1 | 5
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
t.a.v. Zijne Excellentie Dr. J.A. Vijlbrief
Postbus 20401
2500 EK DEN HAAG
Hooggeachte heer Vijlbrief,
Op 30 juni 2022 ontvingen wij Herafweging verwerking productiewater Schoonebeek
dat door Royal Haskoning DHV in opdracht van de Nederlandse Aardolie Maatschappij is
opgesteld. Graag maken wij gebruik van de ons geboden gelegenheid om u hierover te adviseren.
Hieronder geven wijde hooflijnen van onze reactie weer.
In ons advies pleiten wij voor het minimaliseren van het risico op verontreiniging van grond- en
oppervlaktewater:
door vergaande zuivering van het productiewater met de beste beschikbare technieken;
als er dan toch nog gekozen wordt voor het injecteren van het productiewater pleiten wij om:
- de injecties zo dicht mogelijk bij de bron te laten plaatsvinden;
- gebruik te maken van een robuust ontwerp met materialen die goed bestand zijn tegen
wisselende samenstellingen van het productiewater;
- zorg te dragen voor een goede monitoring;
- het gebruik van mijnbouwhulpstoffen tot een minimum te beperken.
In de bijlage bij deze brief gaan wij verder in op bovenstaande punten en verwijzen wij tevens naar
onze brief van 22 maart 2022 die wij u gestuurd hebben naar aanleiding van een aangenomen motie
door het algemeen bestuur van ons waterschap.
postadres
Postbus 5006
7600 GA Almelo
bezoekadres
Kooikersweg 1 Almelo
t 088 220 33 33
e info@vechtstromen.nl
www.vechtstromen.nl
contactpersoon uw kenmerk datum
- 14 september 2022
doorkiesnummer ons kenmerk bijlage(n)
0031 (0)88 20220913/tg 1
Onderwerp
Reactie op adviesverzoek eindrapport
Herafweging verwerking productiewater Schoonebeek 2022
Pagina 3 | 5
Bijlage: inhoudelijk toelichting op de genoemde hoofdlijnen in reactie van Waterschap
Het eindrapport Herafweging verwerking productiewater Schoonebeek 2022 (hierna: herafweging
22) bevat een aantal nieuwe ontwikkelingen en inzichten ten opzichte van de herafweging die in
2016 is uitgevoerd:
- Er zijn nieuwe ontwikkelingen op het vlak van membraantechnologie, waardoor de haalbaarheid
van indikkingsvarianten is toegenomen.
- De ervaring heeft geleerd dat het oliereservoir op sommige vlakken afwijkend reageert ten
opzichte van de oorspronkelijke verwachting tijdens de aanvraag van de vergunningen.
- n
8000 m3/dag in 2016. Dat is een aanzienlijke beperking ten opzichte van de oorspronkelijke
opzet. Ook wordt uitgegaan van een lager zoutgehalte dan in 2016.
- (H)erkend wordt dat hergebruik van bestaande pijpleidingen en putten, die meestal voor andere
doelen zijn ontworpen, grotere risico met zich meebrengt dan vooraf voorzien. Ook bleek
intensievere monitoring noodzakelijk te zijn.
- Veel aandacht wordt besteed aan alternatieve verwerking van het productiewater in Zuidoost
Drenthe. Daarbij wordt geconstateerd dat ondertussen injectiecapaciteit is vrijgekomen in
Zuidoost Drenthe doordat de gasvelden nabij Schoonebeek grotendeels leeggeproduceerd zijn.
Minimaliseren van het risico op verontreiniging van grond- en oppervlaktewater
Als regionaal watersysteembeheerder werken wij dagelijks aan schoon, voldoende en veilig water in
Twente, noordoost Overijssel en zuidoost Drenthe. Ten aanzien van de verwerking van het
productiewater van NAM gaat onze aandacht vooral uit naar
van grond- en oppervlaktewater.
Wij zijn van mening dat eventuele risico s voor grond- en oppervlaktewater afdoende zijn beschreven
in de herafweging 22. De vraag is wat ons betreft bovenal welke maatregelen uw ministerie en de
toezichthouder gaan treffen om ongeacht welke
verwerkingsvariant uiteindelijk wordt gekozen.
In onze brief van 22 maart 2022 hebben wij u gevraagd u om, als onderdeel van het
herevaluatieonderzoek, zeer nadrukkelijk te kijken naar de mogelijkheid om de verwerking van het
productiewater te laten plaatsvinden op de plek waar dit vrijkomt. Wij vinden dat lange
transportafstanden ongewenst zijn, gezien het grotere risico op lekkages.
Tevens pleiten wij opnieuw voor vergaande zuivering van het productiewater tot een niveau dat het
veilig hergebruikt dan wel geloosd kan worden. Oftewel: een circulaire benadering van het vraagstuk
met aanzienlijk kortere transportafstanden en toepassing van de best beschikbare
zuiveringstechnieken. Wij willen u hierbij nogmaals verzoeken om hier zo veel mogelijk rekening mee
te houden. Als er dan toch nog gekozen wordt voor het injecteren van het productiewater willen wij
u vragen om voor te schrijven dat het gebruik van mijnbouwhulpstoffen zo spoedig mogelijk wordt
afgebouwd.
Pagina 4 | 5
In aanvulling daarop willen wij, met het oog op de inzichten die de herafweging 22 heeft opgeleverd,
uw aandacht vragen voor het volgende.
1. Robuust ontwerp met bijpassend materiaalgebruik en dito monitoring
In de afgelopen jaren kwamen de nodige problemen voort uit de gebruikte materialen (oude
gasinfrastructuur die werd hergebruikt voor waterinjecties) in combinatie met een samenstelling van
het productiewater.
Voor de toekomstige verwerking van het productiewater pleiten wij voor een robuust ontwerp
waarbij gebruik gemaakt wordt van materialen die goed bestand zijn tegen een wisselende
samenstelling van het productiewater. Bijkomend voordeel hiervan is dat het gebruik van
mijnbouwhulpstoffen kan worden beperkt.
Bijzondere aandacht dient wat ons betreft uit te gaan naar de invloed van brijn op de toegepaste
materialen, indien gekozen wordt voor een indikkingsvariant.
Hergebruik van bestaande metalen transport- en injectiebuizen heeft nadrukkelijk niet onze
voorkeur.
Ook monitoring verdient voortdurende aandacht. In het waterinjectie management plan 2022 dat
onderdeel uitmaakt van het herafweging 2 rapport staat vermeld dat meerdere parameters
weliswaar jaarlijks gemeten worden, maar er slechts eens per zes jaar over gerapporteerd wordt. Wij
verzoeken u in overweging te nemen deze rapportagefrequentie te verhogen, of ten minste voor te
schrijven dat de jaarlijkse metingen worden gecontroleerd op afwijkingen. Daarnaast adviseren wij u
om NAM op te dragen om ook een gestructureerd monitoringsprogramma voor de pijpleidingen en
installaties op te stellen, aangezien daar in het waterinjectie management plan 2022 geen aandacht
aan wordt besteed.
2. Verdere beperking mijnbouwhulpstoffen
Mijnbouwhulpstoffen horen in beginsel niet in de diepe ondergrond thuis. Wij adviseren u om NAM
op te dragen de hoeveelheid mijnbouwhulpstoffen te minimaliseren en deze voor zover mogelijk te
vervangen door biologisch afbreekbare of anderszins milieuvriendelijker alternatieven. Wij adviseren
u om deze opdracht gepaard te laten gaan met duidelijke termijnen waarbinnen één en ander
gerealiseerd moet zijn.
Overigens: mijnbouwhulpstoffen worden in tal van mijnbouwprocessen toegepast, waaronder ook in
aardwarmtesystemen. Dit vraagstuk betreft dus niet alleen de activiteiten van NAM in Schoonebeek.
Wij zien graag dat uw ministerie het initiatief neemt om in de gehele mijnbouwsector het gebruik
van hulpstoffen te minimaliseren en krachtig te sturen op het ontwikkelen van milieuvriendelijker
alternatieven.
Eenduidige omschrijving
Regelmatig worden begrippen als gebruikt in relatie tot de
verwerking van het productiewater. Zo ook in de herafweging 22. Het valt ons op dat deze
begrippen door de verschillende betrokkenen en belanghebbenden uiteenlopend worden
geïnterpreteerd. Wij pleiten voor een eenduidige omschrijving. Daarin dient in onze optiek ten
minste duiding te worden gegeven aan de mate van indikking, de bodemlaag waarin het brijn wordt
teruggebracht, de locatie/maximale horizontale afstand tot het olieveld en de wijze waarop met
mijnbouwhulpstoffen wordt omgesprongen.
Toekomstige verwerking van het productiewater
Als regionaal waterbeheerder staan wij midden in de maatschappij. Zowel noordoost Twente, waar
NAM over een waterinjectievergunning beschikt, als zuidoost Drenthe behoort tot ons werkgebied.
en zorgen van inwoners met betrekking tot de verwerking van
het productiewater.
Pagina 5 | 5
NAM heeft in januari 2022 te kennen gegeven de waterinjectie op termijn te willen verplaatsen naar
zuidoost Drenthe1. U heeft aangegeven dat het huidige proces in Twente niet één op één over zal
gaan naar Drenthe en dat de NAM bij de omschakeling naar Drenthe er voor moet zorgen dat zij al
een stap maakt richting een schoner proces. Uit de her concluderen wij dat een zeer
beperkt aantal varianten aan dit criterium voldoet.
Voorts geeft u aan dat NAM begin 2024 moet zijn omgeschakeld op het schonere circulaire proces. U
benadrukt dat een zorgvuldig proces moet worden doorlopen en dat de waterinjectie in Drenthe
alleen zal worden toegestaan als dit veilig en verantwoord is2.
In de tijdlijn die u op 19 mei 2022 naar de Tweede Kamer stuurde gaat u onder andere uit van
stopzetting van de waterinjectie in Twente in december 2022. Januari 2023 zou volgens deze tijdlijn
de injectie in Schoonebeek worden opgestart3.
Wij willen onze zorg uitspreken voor wat betreft de planvorming rond de toekomstige
productiewaterverwerking in de regio Schoonebeek.
De door u genoemde termijn (start waterin volgens ons op
gespannen voet met de benodigde tijd voor het afronden van onderzoeksrapporten, het doorlopen
van een gebiedsproces en wettelijke proceduretermijnen.
Op dit moment is ons nog niet duidelijk welke aanpak NAM precies voor ogen heeft: wat wil men
wanneer op welke plek gaan doen, en op welke wijze? Verschillende onderzoeken zijn nog in
uitvoering of naderen hun voltooiing. Graag ontvangen wij op korte termijn de gevraagde
duidelijkheid, opdat wij voldoende gelegenheid hebben om onze bijdrage te leveren in het door u
bepleitte gebiedsproces.
1 Kamerbrief met tijdslijn gebeurtenissen waterinjectie Twente, 12-04-2022
2 Kamerbrief over recente ontwikkelingen waterinjectie en oliewinning Schoonebeek, 07-04-2022
3 Kamerbrief over toezeggingen uit debat opschorting waterinjectie Twente, 18-05-2022
26 juni 2024 | 373.42 KB | Hoort bij dossier Woo-verzoek, Stop Afvalwater Schoonebeek 23 april 2023