Home
Woo-verzoeken

Woo-verzoeken

1769 resultaten worden getoond
PDF20240307_bezoekrapport_wissinkweg_marienheem_melding_682790-0_geredigeerd.pdf
26 juni 20246.98 MBHoort bij dossier Woo-verzoek, Schippersplas 26 maart 2024
Download PDF
PDF20240227_nieuwe_melding_voorgenomen_toepassing_682864-0_geredigeerd.pdf
1 Van: Mailer Meldsysteem Bodemkwaliteit <noreply@meldpuntbodemkwaliteit.nl> Verzonden: dinsdag 27 februari 2024 11:22 Aan: Waterschap Vechtstromen info Onderwerp: Nieuwe melding voorgenomen toepassing 682864.0 Bijlagen: Melding_682864.0.pdf; Melding_682864.0.xml; 2024063 Milieuverklaring bodemkwaliteit 9335 DBG.pdf; 2024063 Rapportage zanddepot aan de Kanaalweg West te Marienberg.pdf Categorieën: t.b.v. registratie JOIN/TEAMS Geachte heer/mevrouw, Bij deze ontvangt u een nieuwe melding met nummer 682864.0. De melding is ingediend door namens Staatsbosbeheer regio Noord en/of DBG Bouw- en Reststoffen. De melder heeft aan deze melding het kenmerk DBG00103-043 meegegeven. Het betreft een toepassing van Grond op de locatie nabij Ommerweg , 7797RC, Rheezerveen. In de bijlagen treft u alle meldingsinformatie aan. Indien u constateert dat de melding niet correct is of dat er meldingsinformatie ontbreekt of dat een melding anderszins niet voldoet aan de vereisten van het Besluit bodemkwaliteit, dan dient u daarover rechtstreeks met de melder te communiceren. Het meldsysteem ondersteunt deze communicatie niet. De melder is de enige die aanvullingen en wijzigingen aan kan brengen op de melding. Wij verzoeken u de melder eventuele wijzigingen/aanvullingen via het meldsysteem bij u te laten indienen.Voor deze melding heeft het systeem de volgende zaken geconstateerd: Wettelijk verplichte velden Alle wettelijk verplichte velden zijn ingevuld. De inhoudelijke correctheid van de ingevulde velden is niet gecontroleerd, dat is een taak voor het bevoegd gezag. Termijnen De ingevulde datum van toepassing voldoet niet aan de wettelijke vereisten voor het tijdig indienen van een melding. U kunt ervoor kiezen gebruik te maken van de mogelijkheden die het systeem biedt om uw beoordeling van deze melding aan deze melding te koppelen. Daarvoor dient u in te loggen in het systeem. U kunt verschillende statusvelden aan deze melding koppelen alsmede uw eigen kenmerk. Tevens kunt u in een memoveld uw bevindingen opnemen. De volgende statusvelden staan tot uw beschikking:  Indicatie 'Volledig' (Ja/Nee/Onbekend)  Indicatie 'Goedgekeurd' (Ja/Nee/Onbekend)  Indicatie 'Ingetrokken door melder' (Ja/Nee/Onbekend)  Indicatie 'Partij is toegepast' (Ja/Nee/Onbekend)  Indicatie 'Administratief afgehandeld' (Ja/Nee/Onbekend)  Indicatie 'Toezicht houden in het veld' (Ja/Nee/Onbekend)  Indicatie 'Toezicht gehouden in het veld' (Ja/Nee/Onbekend)  Indicatie 'Bruikbaar voor bodemkwaliteitskaart' (Ja/Nee/Onbekend) 2 Met vriendelijke groet, Meldkamer Meldpunt Bodemkwaliteit Dit bericht is automatisch gegenereerd. Disclaimer Dit e-mail bericht is uitsluitend bestemd voor geadresseerde(n) en kan vertrouwelijke informatie bevatten. Rijkswaterstaat is niet verantwoordelijk voor de juistheid en volledigheid noch voor de tijdige verzending en ontvangst van dit e-mailbericht en mogelijke attachments. This e-mail may contain confidential material intended for the addressee only. Rijkswaterstaat shall not be liable for the incorrect or incomplete transmission of this e-mail or any attachments, nor for any delay in receipt.
26 juni 2024466.08 KBHoort bij dossier Woo-verzoek, Schippersplas 26 maart 2024
Download PDF
PDF20200824_schippersplas_aan_envisio_2020824_geredigeerd.pdf
2 ****** DISCLAIMER ****** Deze e-mail en alle daarbij meegezonden bijlagen zijn uitsluitend bestemd voor de geadresseerde(n). Verstrekking aan en gebruik door anderen is niet toegestaan. De afzender neemt maatregelen om te voorkomen, dat d.m.v. dit e-mailbericht virussen worden overgebracht, maar is niet aansprakelijk in het geval dit toch voorvalt. Van der Wiel Holding B.V. sluit iedere aansprakelijkheid uit die voortvloeit uit elektronische verzending. This e-mail and any attachement sent with it are intended exclusively for the addressee(s), and may not be passed on to, or made available for use by any person other than the addressee(s). The sender takes precautions to prevent that together with this e-mail message any virus are transmitted, but shall not be liable in case this might happen anyway. Van der Wiel Holding B.V. rules out any and every liability resulting from any electronic transmission.
26 juni 2024521.26 KBHoort bij dossier Woo-verzoek, Schippersplas 26 maart 2024
Download PDF
PDF20230803_mail_sbb_vragen_over_art_krant_verbvuilde_grond_geredigeerd.pdf
1 Van: Horssen, Geny van @staatsbosbeheer.nl> Verzonden: donderdag 3 augustus 2023 09:35 Aan: Onderwerp: FW: Schippersplas Bijlagen: 20230703_artikel krant vervuilde slib.jpg Wij belden zojuist over de Schippersplas en het feit dat er vragen van zijn binnen gekomen. Het leek me goed om de vragen die wij hebben ontvangen met je te delen, evenals de antwoorden. Bij deze! Met vriendelijke groet, Geny van Horssen Projectontwikkelaar Staatsbosbeheer Markt en Ontwikkeling | Progrond T 06- E @staatsbosbeheer.nl Aanwezig op maandag t/m donderdag Binnensingel 3 | 7411 PL | Deventer Postbus 6 | 7400 AA | Deventer Van: Horssen, Geny van Verzonden: donderdag 3 augustus 2023 09:25 Aan: @hotmail.com> CC: ' @ommen.nl>; < @staatsbosbeheer.nl>; ' @hotmail.nl> Onderwerp: FW: Schippersplas Beste ; Ietwat verlaat door de vakantieperiode, maar goed dat we op deze manier kunnen communiceren en korte lijnen kunnen houden. De buis die je ziet op het terrein van NTP wordt gebruikt om grondstromen in de plas te brengen zodat er zo min mogelijk mors en vertroebeling ontstaat. De buis is dus bedoeld voor de ingaande grondstromen. Hele droge/vaste grond kan niet door de buis dus die worden los gestort en verwerkt. Er wordt geen grond uit de plas gehaald. Het klopt dat er de laatste tijd veel aandacht in de media is voor het verondiepen van plassen. Die zijn niet altijd even waarheidsgetrouw. Het voorbeeld van de Enterveense plassen dat je noemt, ook een plas van Staatsbosbeheer, handelt om het inbrengen van leem om de waterhuishouding in het plangebied te verbeteren, daardoor blijft het water in de toekomst beter in de plas. Leem zorgt door het grote aandeel fijne fractie (dus deeltjes van 2 ųm en kleiner) bij uitstek voor vertroebeling direct na het aanbrengen. Dat zie je dan in het water van de plas. Na enige tijd bezinkt het. Vertroebeling is dan ook het issue dat hier speelt. 2 In de grond die in de dam is gebracht zat inderdaad wat bijmenging. Volgens de regels mag het 20% zijn, maar Staatsbosbeheer wil dat zo min mogelijk. Daarom was dat al aangescherpt naar 10%. De aannemer hoort dit te controleren en te verwijderen als het meer is. Naar aanleiding van de waarneming hebben wij hem daarop aangesproken en is dit opgeschoond. Qua grondwater- en oppervlaktewaterkwaliteit bestaat de borging enerzijds uit een locatiespecifieke afweging die voorafgaand aan het toestemmingsbesluit is gedaan en anderzijds door monitoring. Dat is opgenomen in de nota bodembeheer die is vastgesteld door Waterschap Vechtstromen. Hieruit bleek dat op deze plaatst en met deze toepassingsmaterialen er geen risico ontstaat op verontreiniging van het grond- en oppervlaktewater. In de toestemming is opgenomen dat deze conclusie moet worden gestaafd door middel van monitoring. Daarvoor zijn er drie peilbuizen in afstroomse richting geplaatst (dat is ten westen van de Schippersplas). Van zowel het oppervlaktewater als de peilbuizen is de uitgangssituatie bepaald voorafgaand aan de werkzaamheden en wordt elk half jaar een monster genomen ter vergelijking. Daar is geen afwijking in waargenomen. Provincie bemonstert het grondwater ook in de haar aangebrachte peilbuizen om de effecten van de vml. Stortplaats Bovenveld te monitoren. Zoals je opmerkte is ook daarvan geen effect gemeten. De kaart die je stuurde met de kop “Verruimde PFAS-regels voor bouw en baggerprojecten” dateert van 2021. Toen zaten we nog midden in de aanpassing van de generieke wetgeving waarin PFAS tot op dat moment niet voorkwam. Dat betekende in eerste instantie dat er op geen enkele plek in Nederland grond toegepast mocht worden. Vervolgens kwam er een tijdelijke regeling waarin onderwatertoepassing nog niet was opgenomen. Grond mocht alleen onder water worden toegepast op locaties waar een afzonderlijk besluit was genomen waarin PFAS al wel was verwerkt. Van die onderwaterlocaties is een kaart gemaakt. De PFAS-concentratie die bij de toegestane verwerking hoort staat er ook bij, voetnoot 2. Inmiddels is de generiek wetgeving ook aangepast en is deze zelfde norm daarin opgenomen, het tijdelijk handelingskader is vervallen. Wanneer er momenteel een dergelijk werk wordt aangevraagd wordt de kaart niet meer aangepast omdat deze norm nu voor alle werken/situaties geld. Ik hoop hiermee je vragen te hebben beantwoord. Met vriendelijke groet, Geny van Horssen Projectontwikkelaar Staatsbosbeheer Markt en Ontwikkeling | Progrond T 06 E @staatsbosbeheer.nl Aanwezig op maandag t/m donderdag Binnensingel 3 | 7411 PL | Deventer Postbus 6 | 7400 AA | Deventer Van: < @hotmail.com> Verzonden: maandag 3 juli 2023 16:27 Aan: Horssen, Geny van <g.horssen@staatsbosbeheer.nl>; < @ommen.nl> CC: < @staatsbosbeheer.nl>; < @hotmail.nl> Onderwerp: Schippersplas Dag Geny Op 16 maart hebben wij elkaar gesproken op het gemeentehuis van Ommen over ontwikkelingen van/bij De Schippersplas. Samen met en . Tijdens dat gesprek zijn een aantal punten besproken en wat zorgen weggenomen (vogelgriep). 3 Maar gaande het traject ontstaan wel nieuwe zorgen. In de media verschijnen de laatste tijd veel berichten over natuurherstel, vervuilde slib, verondiepen van plassen etc. Denk aan Engbertsdijksvenen, krantenartikel in bijlage en tekst hieronder: Verruimde PFAS-regels voor bouw- en baggerprojecten | PFAS | Rijksoverheid.nlVerruimde PFAS-regels voor bouw- en baggerprojecten | PFAS | Rijksoverheid.nl Verruimde PFAS-regels voor bouw- en baggerprojecten De PFAS-regels voor bedrijven zijn verruimd op basis van nieuw onderzoek. Het doel van de nieuwe regels is om mens en milieu beschermen. En om bedrijven makkelijker hun werk te laten doen. . Bouwers en baggeraars kunnen PFAS-grond makkelijker verplaatsen en hergebruiken. Ook mag de landbodem een hogere waarde aan PFAS bevatten. De afkorting PFAS staat voor poly- en perfluoralkylstoffen. www.rijksoverheid.nl Een paar weken geleden zijn mijn man en ik bij De Schippersplas gaan kijken. Inmiddels ligt er een buis aan de kant van de Asfaltcentrale. Het is voor ons onduidelijk of hier nu iets ingebracht of juist uitgehaald wordt. Tevens is de dam midden in de plas aangelegd, maar dit is in onze ogen (licht) vervuilde grond. Overal plastic en kleine stukjes afval. Ik schrok hiervan. Het is toch niet de bedoeling dat er plastic in de natuur gebracht wordt? Tevens maken wij ons zorgen over de kwaliteit van het water (op langere termijn). Zowel het oppervlaktewater als dieperliggende grondwater. Voor ons vleeskuikenbedrijf hebben wij 2 bronnen waaruit wij drinkwater voor onze kippen halen. Hoe kan er geborgd worden dat dit water de juiste kwaliteit behoudt? In samenwerking met de provincie zijn een aantal agrariërs in Stegeren bezig met het PPLG. En op de laatste bijeenkomst kwam de waterkwaliteit en de Schippersplas ook ter sprake. Volgens de specialist van de provincie zijn er voor dit gebied geen aanvullende eisen en de waterkwaliteit van het oppervlaktewater is in orde. Voor wat betreft het grondwater staan de seinen ook op groen, maar die zit wel tegen het omslagpunt aan. De Schippersplas wordt hiermee wel een aandachtspunt. Graag verneem hoe jullie hierin staan en hoe de waterkwaliteit geborgd wordt? Of welke stappen wij nog moeten nemen om onze zorgen weg te nemen. Alvast bedankt voor jullie reactie, Met vriendelijke groet, 06- Virusvrij.www.avast.com 4 Lees hier onze Disclaimer
26 juni 2024992.61 KBHoort bij dossier Woo-verzoek, Schippersplas 26 maart 2024
Download PDF
PDF20240423_bijlage_240169_ap-04_keuring_depot_1-1_vechtzone_hardenberg_en06724-003_geredigeerd.pdf
Projectnummer: EN06724-003 2 Kenmerk: 240169 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING........................................................................................................................... 3 2 VOORONDERZOEK .............................................................................................................. 4 2.1 Algemeen .......................................................................................................................................4 2.2 Historisch onderzoek .....................................................................................................................4 2.3 Beantwoording onderzoeksvragen ................................................................................................6 2.4 Conclusie vooronderzoek ...............................................................................................................6 3 ONDERZOEKSOPZET EN VELDWERKZAAMHEDEN ................................................................. 7 3.1 Onderzoeksopzet ...........................................................................................................................7 3.2 Veldwerk ........................................................................................................................................7 4 LABORATORIUMONDERZOEK .............................................................................................. 8 4.1 Chemische analyses .......................................................................................................................8 4.2 Resultaten ......................................................................................................................................8 4.3 Controle verhouding meetwaarden...............................................................................................9 4.4 Grootschalige bodemtoepassing (GBT) .........................................................................................9 5 CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN ........................................................................................ 10 5.1 Conclusie ..................................................................................................................................... 10 5.2 Aanbevelingen............................................................................................................................. 10 Bijlagen 1 Regionale ligging en kadastrale kaart met situering partij 2 Monsternemingsplan 3 Monsternemingsformulier 4 Foto’s van de partij 5 Overzicht van de partij 6 Analysecertificaten en toetsingsresultaten PFAS 7 Toetsingsresultaten (Rbk) 8 Toelichting toetsingskaders partijkeuring Vechtzone Hardenberg (Depot 1-1) Projectnummer: EN06724-003 3 Kenmerk: 240169 1 INLEIDING In opdracht van Van der Wiel Infra & Milieu is door Enviso Ingenieursbureau een partijkeuring conform het Besluit bodemkwaliteit uitgevoerd. De partij is in depot gelegen aan de Kruserbrink te Hardenberg. De regionale ligging van de locatie en de kadastrale kaart met de situering van de partij zijn weergegeven in bijlage 1. Aanleiding tot de partijkeuring is de wens van de opdrachtgever om inzicht te krijgen in de hergebruiksmogelijkheden van de partij in het kader van het Besluit bodemkwaliteit. Het doel van de partijkeuring is het toetsen van de milieuhygiënische kwaliteit van de partij voor hergebruik en/of toepassing (elders). In het kader van het Besluit bodemkwaliteit is de partijkeuring uitgevoerd onder een procescertificaat, hetgeen is omschreven in vigerende versie van de Beoordelingsrichtlijn SIKB 1000, protocol 1001. Het procescertificaat (afgegeven door KIWA Nederland BV met nummer K20832) van Enviso Ingenieursbureau en het hierbij behorende keurmerk zijn uitsluitend van toepassing op de activiteiten betreffende de monsterneming en de overdracht van de monsters, inclusief de daarbij behorende veldwerkregistratie, aan een erkend laboratorium (of aan de opdrachtgever, die -in geval van monsters van grond of bouwstoffen voor nuttige toepassing- dan zelf in het kader van het Besluit bodemkwaliteit is erkend). Enviso Ingenieursbureau is een onafhankelijk adviesbureau en is geen eigenaar van de te keuren partij. partijkeuring Vechtzone Hardenberg (Depot 1-1) Projectnummer: EN06724-003 4 Kenmerk: 240169 2 VOORONDERZOEK 2.1 ALGEMEEN Voor aanvang van de veldwerkzaamheden is een vooronderzoek conform de NEN 5725:2023 uitgevoerd. Aangezien het in onderhavig rapport een in-situ partijkeuring betreft, worden de vragen behorende tot aanleiding D2 gebruikt: ‘Uitvoeren van een ex-situ partijkeuring’ in het vooronderzoek. De te beantwoorden onderzoekvragen zijn: Wat is de afbakening van de partij?; Wat is de herkomst van de te bemonsteren ex-situ partij?; Welk (voor)onderzoek ligt ten grondslag aan de vorming van de te bemonsteren ex-situ partij?; Wat zijn de bodembedreigende stoffen voor de partij?; Wat is de hypothese ten aanzien van de kwaliteit van de opgeslagen grond?; Is de grond asbestverdacht? Voor het bepalen van de aanwezigheid, de aard en de ruimtelijke verdeling van eventuele bodemverontreiniging ter plaatse van de onderzoekslocatie is een milieuhygiënisch vooronderzoek verricht. Ten behoeve van het milieuhygiënisch vooronderzoek is gebruik gemaakt van de volgende bronnen: Milieu hygiënisch vooronderzoek opdrachtgever; Bodeminformatiesysteem; Bodemkwaliteitskaart gemeente; Opdrachtgever; Topografisch kaartmateriaal; Locatie-inspectie. De resultaten van het vooronderzoek worden navolgend beschreven, in paragraaf 2.3 wordt antwoord gegeven op de onderzoeksvragen. 2.2 HISTORISCH ONDERZOEK Bodeminformatiesysteem, bodemarchief en opdrachtgever Uit het bodeminformatiesysteem, bodemarchief en volgens informatie van de opdrachtgever blijkt dat ter plaatse van de onderzoekslocatie eerder bodemonderzoek is uitgevoerd. Het meest recente bodemonderzoek welke van toepassing is op de onderliggende partijkeuring heeft de navolgende kenmerken. verkennend milieukundig bodemonderzoek volgens NEN5740+A1 Gebiedsontwikkeling Vechtzone Hardenberg, Sigma Bouw & Milieu, kenmerk: 19-M9151, d.d. 23 december 2019; Aanvullend milieukundig bodemonderzoek en verkennend onderzoek asbest in grond project Vechtzone te Hardenberg, Sigma Bouw & Milieu, kenmerk 20-M9296-02, d.d. 19 september 2022. Uit de verkregen informatie van de opdrachtgever is gebleken dat de grond afkomstig is uit het openbare gebied en de aangelegde bouw weg. In het verleden hebben hier grotendeels woningen gestaan die omstreeks 2011 gesloopt zijn. Na de sloop is er een rotonde aangelegd en daarna heeft het terrein braak gelegen. Uit het bodemonderzoek is gebleken dat er in het gebied Vechtzone een gedempte vechtarm aanwezig is waar verontreinigingen zijn aangetroffen. De demping valt buiten het gebied waar de grond vandaan gekomen is. partijkeuring Vechtzone Hardenberg (Depot 1-1) Projectnummer: EN06724-003 6 Kenmerk: 240169 Uit de topografische kaarten blijkt dat het perceel voor 1964 altijd in gebruik is geweest voor agrarische doeleinden. Hierna is de eerste bebouwing zichtbaar op de locatie van herkomst. Er is verder geen aanvullende informatie verkregen via de kaarten van topotijdreis.nl. Locatie-inspectie Voorafgaand aan de uitvoering van de veldwerkzaamheden is een locatie-inspectie verricht. Tijdens de inspectie zijn geen aanvullende gegevens verkregen die eventueel duiden op aanwezigheid van bodembedreigende activiteiten. 2.3 BEANTWOORDING ONDERZOEKSVRAGEN Wat is de afbakening van de partij? De partij betreft circa 1200 m3 humeus zand dat in depot is gelegen op de bouwlocatie aan de Kruserbrink te Hardenberg op de coördinaten; X: 238.858, Y: 510.712. Wat is de herkomst van de te bemonsteren ex-situ partij? De opdrachtgever heeft aangegeven dat de partij is vrijgekomen bij graafwerkzaamheden voor het project Vechtzone Hardenberg. De grond is afkomstig uit het openbare gebied en de aangelegde bouwweg en betreft de voormalige bovengrond ter plaatse. Welk (voor)onderzoek ligt ten grondslag aan de vorming van de te bemonsteren ex-situ partij? De partij is samengesteld op basis van het milieuhygiënisch vooronderzoek met het navolgende kenmerk; verkennend milieukundig bodemonderzoek volgens NEN5740+A1 Gebiedsontwikkeling Vechtzone Hardenberg, Sigma Bouw & Milieu, kenmerk: 19-M9151, d.d. 23 december 2019. Wat zijn de bodembedreigende stoffen voor de partij? Op basis van de verkregen gegevens blijken er redenen te zijn om, naast het standaard analysepakket, de extra (kritische) parameters PFAS en asbest te onderzoeken. Wat is de hypothese ten aanzien van de kwaliteit van de opgeslagen grond? Op basis van de verkregen gegevens is de verwachting dat de partij voldoet aan bodemkwaliteitsklasse Achtergrondwaarde (Altijd toepasbaar). Is de bodem asbestverdacht? Op basis van de beschikbare gegevens is gebleken dat in de partij bijmenging van ondefinieerbaar puin aanwezig is wat de partij verdacht maakt op het voorkomen van asbest in grond. 2.4 CONCLUSIE VOORONDERZOEK Op basis van de verkregen gegevens blijken er redenen te zijn om, naast het standaard analysepakket, de extra (kritische) parameters PFAS en asbest te onderzoeken. Er zijn geen redenen om delen van de partij uit te sluiten van de partijkeuring. Projectnummer: EN06777-001 Kenmerk: 240144 Bijlage 1 Regionale ligging en kadastrale kaart met situering partij Projectnummer: EN06777-001 Kenmerk: 240144 Bijlage 2 Monsternemingsplan Projectnummer: EN06777-001 Kenmerk: 240144 Bijlage 3 Monsternemingsformulier en boorprofielen Projectnummer: EN06777-001 Kenmerk: 240144 Bijlage 4 Foto’s van de partij Projectnummer: EN06777-001 Kenmerk: 240144 Foto 1 Foto 2 Projectnummer: EN06777-001 Kenmerk: 240144 Bijlage 5 Overzicht van de partij Projectnummer: EN06777-001 Kenmerk: 240144 Bijlage 6 Analysecertificaten en toetsingsresultaten PFAS Projectnummer: EN06777-001 Kenmerk: 240144 Bijlage 7 Toetsingsresultaten (Rbk) Projectnummer: EN06777-001 Kenmerk: 240144 Bijlage 8 Toelichting toetsingskaders 8 BESLUIT BODEMKWALITEIT Het Besluit bodemkwaliteit (Bbk) heeft ten doel milieuhygiënische voorwaarden te stellen aan de toepassing van bouwstoffen, grond en baggerspecie ter bescherming van de bodem en het oppervlaktewater. Kortom, streven naar duurzaam bodembeheer. Daarom stelt het Bbk randvoorwaarden aan het toepassen van bouwstoffen, grond en baggerspecie op of in de bodem en het oppervlaktewater. De Regeling bodemkwaliteit (Rbk) geeft een technische invulling aan de hoofdregels van het Bbk en uitleg over de uitvoering. In de Rbk staan onder andere de normen, de wijze waarop de kwaliteit van bouwstoffen, grond en baggerspecie kan worden bepaald en hoe de normen moet worden getoetst. Het Bbk en de Rbk vullen elkaar aan en zijn niet los van elkaar te gebruiken. 8.1 CERTIFICERING Grond die voor toepassing in werken in aanmerking komt, dient aan de kwaliteitseisen uit het Bbk te voldoen. De gebruiker dient te bewijzen, dat de grond aan deze kwaliteitseisen voldoet. Dit bewijs kan onder meer geleverd worden door het uitvoeren van een partijkeuring. In het kader van het Bbk zijn door het ministerie van VROM-eisen gesteld aan degene die en de wijze waarop een partijkeuring dient te worden uitgevoerd. Het feitelijk onderzoek dient te worden uitgevoerd door een daartoe aangewezen gecertificeerde instantie. Kwalificatie van de monsterneming Enviso Ingenieursbureau voldoet aan het ISO 9001 kwaliteitssysteem evenals de BRL (beoordelingsrichtlijn) 1000 van het SIKB 9.0, d.d. 1 februari 2018 (afgegeven door KIWA N.V. met nummer K20832). De monsterneming wordt uitgevoerd door gekwalificeerde 9.0, d.d. 1 februari 2018. Certificering van de chemische analyses Het laboratorium AL-West BV is door het ministerie van VROM aangewezen als één van de laboratoria die analyses in het kader van het Bbk mag uitvoeren. De aanwijzing van deze laboratoria vindt plaats door accreditatie op grond van het Accreditatieprogramma Besluit bodemkwaliteit (AP-04). Deze AP-04 accreditatie heeft betrekking op samenstellings- en uitloogonderzoek van grond. Het AP-04 stelt hoge eisen aan de wijze waarop metingen worden uitgevoerd, de hoeveelheid monstermateriaal die in bewerking wordt genomen en de monstervoorbehandeling. Op deze wijze wordt de kwaliteit van de analyses daadwerkelijk gewaarborgd. 8.2 TOETSINGSKADER Grond en baggerspecie die voldoen aan de achtergrondwaarden mogen altijd worden toegepast en grond en baggerspecie boven de grens van het onaanvaardbare risico mogen nooit worden toegepast. Dit geldt ook voor grond en baggerspecie die boven de interventiewaarden zijn verontreinigd als gevolg van lokale puntbronnen. Systeem van toetsing grond en baggerspecie Voor het bepalen van de milieuhygiënische toepassingsmogelijkheden van de grond of baggerspecie, dient getoetst te bodembeheerders die geen lokal De kwaliteit van de toe te passen grond of baggerspecie moet aansluiten bij de functie van de toepassingslocatie. Daarom zijn voor zeven bodemfuncties referentiewaarden (maximale waarden) vastgesteld, de bodemkwaliteitsklassen. Deze zeven bodemfuncties worden gebruikt in het gebiedsspecifieke kader. Voor het generieke kader zijn de zeven bodemfunctieklassen voor grond samengevoegd tot twee bodemfunctieklassen: Wonen en Industrie. Voor waterbodem zijn geen bodemfunctieklassen vastgesteld. Alle locaties die niet zijn ingedeeld vallen automatisch onder de achtergrondwaarden. Achtergrondwaarden (altijd toepasbaar): moestuinen en volkstuinen, natuur en landbouwgrond; Bodemfunctieklasse Wonen: wonen met tuin, plaatsen waar kinderen spelen, groen met natuurwaarden; Bodemfunctieklasse Industrie: ander groen, bebouwing, industrie, infrastructuur. Generieke toetsingskader Binnen het generieke kader wordt het gebruik van de landbodem geografisch vastgelegd in bodemfunctieklassen, en wordt zowel de landbodem als de waterbodem ingedeeld in bodemkwaliteitsklassen. De toepassingseisen die op een bepaalde locatie gelden worden gevormd door de combinatie van de eis die op grond van de bodemfunctieklasse geldt, en de eis die op grond van de ter plekke aanwezige bodemkwaliteitsklasse geldt. De strengste van die twee geeft de uiteindelijke eis. Er zijn op deze algemene systematiek twee uitzonderingen: 1 Bij het op de kant brengen van baggerspecie op het direct aan de watergang gelegen perceel hoeft de kwaliteit van die baggerspecie alleen aan de door het Bbk gegeven kwaliteitseisen te doen; 2 Toepassingen die dikker zijn dan 2 meter en in een omgeving van meer dan 5.000 m3, de zogenaamde grootschalige toepassingen van grond en baggerspecie. Deze kunnen worden uitgevoerd wanneer wordt voldaan aan door het Bbk gegeven standaardnormen. In dat geval hoeft alleen te worden voldaan aan een aantal standaardnormen. Gebiedsspecifieke kader Door het bevoegd gezag is in het bodembeleid gebiedsspecifiek toetsingskader vastgesteld. De toetsingsmethodiek is gelijk aan de toetsingsmethodiek aan het generieke kader, waarbij de maximale waarden zijn gewijzigd in lokale maximale waarden. Gehanteerde waarden Achtergrondwaarden: Landelijke geldende waarden voor een multifunctionele bodemkwaliteit die de grens vormen Maximale waarden voor de bodemfunctieklassen: landelijk vastgestelde generieke waarden voor de bodemkwaliteit die voor een groep van bodemfuncties in algemene zin de bovengrens aangeeft van wat als een duurzaam geschikte toestand wordt beschouwd. Voor de generieke toetsing van op de landbodem toe te passen grond en baggerspecie worden twee bodemfunctieklassen onderscheiden: Wonen en Industrie; Maximale waarden voor de bodemkwaliteitsklassen: landelijk vastgestelde generieke waarden voor klassen waarin de actuele bodemkwaliteit kan worden ingedeeld. Voor de generieke toetsing van op de landbodem toe te passen grond en baggerspecie worden twee bodemkwaliteitsklassen onderscheiden: Wonen en Industrie. Bij toepassing op de waterbodem worden eveneens twee bodemkwaliteitsklassen onderscheiden: klasse A en klasse B; Interventiewaarden: landelijk geldende waarden die aangeven dat bij overschrijding sprake is van potentiële ernstige vermindering van de functionele eigenschappen die de bodem heeft voor mens, plant of dier, als bedoeld in de Wet bodembescherming. Bij overschrijding van deze waarden moet nader worden onderzocht welke maatregelen nodig de Wet bodembescherming nodig is; Lokale maximale waarden: Lokaal vastgestelde waarden voor de bodemkwaliteit waaraan de toe te passen grond en baggerspecie moet voldoen. Partijen grond die voldoen aan de kwaliteitseisen Achtergrondwaarden (AW) zijn betreft de milieuhygiënische kwaliteit per definitie binnen het generieke kader én het gebiedsspecifieke kader altijd vrij toepasbaar. 8.3 TOETSING De samenstellingswaarden worden voor toepassing in of op landbodem getoetst aan de Achtergrondwaarden (AW, zie tabel 1 en 2 bijlage B van de Rbk), de bodemkwaliteitsklasse Wonen en de bodemkwaliteitsklasse Industrie. Deze waarden zijn afhankelijk van het humus- en het lutumgehalte. De samenstellingswaarden worden voor toepassing in of op waterbodem getoetst aan de Achtergrondwaarden (AW, zie tabel 1 en 2 bijlage B van de Rbk), de bodemkwaliteitsklasse A en de bodemkwaliteitsklasse B. Deze waarden zijn afhankelijk van het humus- en het lutumgehalte. Als de verhouding tussen de hoogste en laagste werkelijk gemeten waarde gelijk aan of hoger is dan een factor 2,5, dan moet worden nagegaan of er sprake is van fouten in de monsterneming en/of analyseprocedure. Als een meetwaarde kleiner is dan de bepalingsgrens van de analyse, dan wordt met de vastgestelde waarde (bepalingsgrens) de gemiddelde meetwaarde bepaald. 8.4 BODEMKWALITEITSKLASSE Na relatering aan de samenstellingswaarden kunnen de onderstaande hergebruiksmogelijkheden worden onderscheiden: AW (achtergrondwaarden) Grond of baggerspecie kan vrij, dus zonder bodem beschermende IBC-maatregelen, worden toegepast in of op zowel land- als waterbodem, indien (zie artikel 4.2.2 en 4.10.2 van Rbk): de gehalten van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden AW (achtergrondwaarden = schone grond) overschrijdt, én het voornemen tot gebruik van de grond of baggerspecie in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van tevoren Dan wel: het gehalte van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden bodemkwaliteitsklasse Wonen (Wo) overschrijdt, én bij meting van ten minste 2 stoffen de rekenkundig gemiddelde gehalte van max. 1 stof verhoogd is; bij meting van ten minste 7 stoffen de rekenkundig gemiddelde gehalten van max. 2 stoffen verhoogd zijn; bij meting van ten minste 16 stoffen de rekenkundig gemiddelde gehalten van max. 3 stoffen verhoogd zijn; bij meting van ten minste 27 stoffen de rekenkundig gemiddelde gehalten van max. 4 stoffen verhoogd zijn; bij meting van ten minste 37 stoffen de rekenkundig gemiddelde gehalten van max. 5 stoffen verhoogd zijn; het voornemen tot gebruik van de grond in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van tevoren melden via de Minister De partij kan volgens het generieke kader in of op zowel land- als waterbodem vrij worden toegepast, er hoeft geen rekening te worden gehouden met de kwaliteit en functie van de bodem ter plaatse van de toepassingslocatie. Bodemkwaliteitsklasse Wonen Grond of baggerspecie kan als Wonen, dus zonder bodem beschermende IBC-maatregelen, worden toegepast in of op landbodem, indien (zie artikel 4.2.1 en 4.10.2 van Rbk): het gehalte van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden bodemkwaliteitsklasse Wonen (Wo) overschrijdt, én het voornemen tot gebruik van de grond in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van tevoren melden via de Minister De partij kan volgens het generieke kader in of op landbodem worden toegepast, mits de bodem ter plaatse van de toepassingslocatie zowel de kwaliteit als functie wonen of industrie heeft. Bodemkwaliteitsklasse Industrie Grond of baggerspecie kan als Industrie, dus zonder bodem beschermende IBC-maatregelen, worden toegepast in of op landbodem, indien (zie artikel 4.2.1 en 4.10.2 van Rbk): het gehalte van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden bodemkwaliteitsklasse Industrie (In) overschrijdt, én het voornemen tot gebruik van de grond in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van tevoren melden via de Minister De partij kan volgens het generieke kader in of op landbodem worden toegepast, mits de bodem ter plaatse van de toepassingslocatie zowel de kwaliteit als functie industrie heeft. Kwaliteitsklasse A Grond of baggerspecie kan als kwaliteitsklasse A, dus zonder bodem beschermende IBC-maatregelen, worden toegepast in of op waterbodem, indien (zie artikel 4.2.1 en 4.10.2 van Rbk): het gehalte van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden kwaliteitsklasse A overschrijdt, én het voornemen tot gebruik van de grond in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van tevoren melden via de Minister De partij kan volgens het generieke kader in of op waterbodem worden toegepast, mits de waterbodem ter plaatse van de toepassingslocatie de kwaliteitsklasse A of B heeft. Kwaliteitsklasse B Grond of baggerspecie kan als kwaliteitsklasse B, dus zonder bodem beschermende IBC-maatregelen, worden toegepast in of op waterbodem, indien (zie artikel 4.2.1 en 4.10.2 van Rbk): het gehalte van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden kwaliteitsklasse B overschrijdt, én het voornemen tot gebruik van de grond in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van tevoren melden via de Minister De partij kan volgens het generieke kader in of op waterbodem worden toegepast, mits de waterbodem ter plaatse van de toepassingslocatie de kwaliteitsklasse B heeft. Niet toepasbaar Grond of baggerspecie is niet toepasbaar, indien: de gehalten van de stoffen de waarden voor bodemkwaliteitsklasse Industrie c.q. B overschrijden. Mogelijk dat de partij voldoet aan de voorwaarden voor het gebiedsspecifieke toetsingskader (artikel 44 t/m 53 van Bbk). Zo niet, dan dient te partij te worden gereinigd of te worden gestort. Grootschalige toepassing Op grond van artikel 63 in het Bbk mogen alleen de volgende toepassingen onder de noemer van grootschalige toepassingen worden toegepast: toepassingen van grond en baggerspecie in bouw- en wegconstructies, waaronder wegen, spoorwegen en geluidswallen; toepassingen van grond en baggerspecie voor het afdekken van een saneringslocatie of een stortplaats, met het oog op het voorkomen van nadelige gevolgen van de omgeving; toepassingen van grond en baggerspecie in ophogingen in waterbouwkundige constructies en voor het verondiepen en dempen van oppervlaktewater met het oog op de hoogtewaterbescherming, de doelstellingen van de Kaderrichtlijn water, bevordering van natuurwaarden en de vlotte en veilige afwikkeling van de scheepvaart; toepassing van grond en baggerspecie in aanvullingen, waaronder de herinrichting en stabilisering van voormalige winplaatsen voor delfstoffen. Voor overige toepassingen, zoals ophogingen van industrieterreinen en woningbouwlocaties, verspreiding of tijdelijke opslag van baggerspecie, kan dus niet worden gekozen voor het toetsingskader voor grootschalige toepassingen. 4.9.1 Baggerspecie en grond toepassen in niet-vrijliggende diepe plassen die in open verbinding staan met een rijkswater (1) (6) PFOS = 3,7 PFOA = 0,8 Overige PFAS = 0,8 4.9.2 Baggerspecie en grond toepassen in andere diepe plassen dan bedoeld onder 4.9.1(5)(6) PFOS = 1,1 PFOA = 0,8 Overige PFAS = 0,8 Voetnoten bij tabel: (1) (water)bodem die ontstaan is als gevolg van zand-, grind-, of kleiwinning of dijkdoorbraak (zoals wielen en kolken). het Rijk en die bovendien boven de spronglaag nauwelijks wordt gevoed door oppervlaktewater van elders (de verblijftijd van het water is voor 90% van het jaar langer dan een maand). Als de diepe plas is gelegen in een groter oppervlaktewaterlichaam wordt de rest van het oppervlaktewaterlichaam beschouwd als oppervlaktewater van elders. - an: diepe plas, gelegen in een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij het Rijk, of diepe plas die niet aan de definitie van vrijliggende plas voldoet. Deze definities zijn afkomstig uit de 'Handreiking voor het herinrichten van diepe plassen'. (2) Op de waarden uit deze tabel hoeft geen bodemtypecorrectie te worden toegepast als het gehalte van organische stof minder dan 10% bedraagt. Als het gehalte organisch stof ligt tussen 10-30% dient wel een bodemtypecorrectie uitgevoerd te worden. Als het gehalte organisch stof boven de 30% is aangetoond dient het gehalte organisch stof van 30% gebruikt te worden bij de bodemtypecorrectie. (3) Tenzij een lokale maximale waarde is vastgesteld (zie paragraaf 5). (4) PFOS en PFOA worden getoetst aan de hand van de sommatie van de concentraties lineair en vertakt. Overige PFAS worden getoetst per stof (dus niet gesommeerd). (5) Voor plassen waar nog geen verondieping heeft plaatsgevonden, kan niet van de toepassingswaarde in de tabel worden uitgegaan. In deze gevallen zal de waterbeheerder als bevoegd gezag in overleg met gemeente en provincie een uitvoerige afweging moeten maken of deze verondieping gewenst is en welke voorwaarden hieraan moeten worden gesteld. Hierbij moet op basis van de zorgplichten zelf worden bepaald welke kwaliteit grond en baggerspecie verantwoord kan worden toegepast. (6) Alleen indien in de nabijheid van de diepe plas geen kwetsbaar object is gelegen. Hiervoor is een toetsingskader opgenomen in de Handreiking voor de herinrichting van diepe plassen. (7) Indien meetgehalten onder de bepalingsgrens liggen, mag de beoordelaar naar analogie van bijlage G, onderdeel IV van de Rbk (Regeling bodemkwaliteit), ervan uitgaan dat de kwaliteit van de grond, grondwater, baggerspecie, bodem, bodem of oever van een oppervlaktewaterlichaam voldoet aan de toepassingswaarden. (8) Metingen om uitschieters te identificeren zijn bedoeld om te bepalen of er in partijen mogelijk sprake kan zijn van puntbronvervuilingen. Als vuistregel kan hiervoor de P95-waarde van een bepaalde PFAS worden gehanteerd. Bagger uit rijkswateren: In 2007 is voor een aantal metalen het onderscheid tussen matig verontreinigde locaties en hot spots gemaakt op basis van bagger uit het rivierengebied (Maas en Rijn). Per stof zijn uit deze gegevens P95-waarden afgeleid. Destijds zijn geen PFAS gemeten, maar aangevuld met recente projecten van RWS is hieruit een P95- gste van de Bagger uit regionale wateren: In 2019 is in het kader van het herverontreinigingsniveau (HVN) een inventarisatie uitgevoerd van de gehalten PFAS in bagger uit regionale watergangen. Hiervoor zijn PFAS-gehalten verzameld en verwerkt in een database. Uitsluitend voor de stoffen die voldoende vaak zijn gemeten, zijn uit deze gegevens P95- Hogere dan voornoemde waarden in respectievelijk bagger uit rijkswateren en regionale wateren kunnen een aanwijzing zijn voor de aanwezigheid van een puntbronvervuiling in de partij. Wat vervolgens de mogelijkheden zijn voor de betreffende partij, hangt onder meer af van de aantallen gemeten uitschieters, de hoogte van de gemeten waarden en de lokale situatie. Dit is aan het bevoegd gezag om te beoordelen. (9) daarin aanwezige stoffen, alsmede de bijbehorende bodem en oevers (met uitzondering van uitdrukkelijk krachtens de Waterwet aangewezen drogere oevergebieden), alsmede flora en fauna. (10) door stroming, wind of getij. Gebiedsspecifiek beleid De toepassingswaarden die in het handelingskader zijn opgenomen, zijn in beginsel voor het hele land bedoeld. Het verdient aanbeveling dat de betrokken overheden, zoals gemeenten, zelf het initiatief nemen om de aanwezigheid van PFAS op lokaal niveau preciezer in beeld te brengen. Zij hebben deze informatie namelijk nodig als grondslag voor hun gebiedsspecifieke beleid als zij lokale maximale waarden willen vaststellen die afwijken van de generieke waarden. Een van de vereisten die het Besluit bodemkwaliteit voor dergelijk gebiedsspecifiek beleid stelt is de vaststelling van een bodemkwaliteitskaart, die een beeld geeft van het voorkomen van PFAS in een aangewezen bodembeheergebied. Een dergelijke bodemkwaliteitskaart kan ook dienen als grondslag om op eenvoudige wijze de voor het toepassen benodigde milieuhygiënische verklaringen te kunnen afgeven en daarmee onderzoekslasten in individuele gevallen te beperken en vertraging bij het grondverzet te voorkomen. Met gebiedsspecifiek beleid kan voor PFAS lokaal meer ruimte worden geboden, maar kan ook een strengere waarde worden vastgesteld dan de toepassingswaarden van het handelingskader. Via het vaststellen van minder strenge lokale maximale waarden kan worden afgeweken van het uitgangspunt van het Besluit bodemkwaliteit dat geen verslechtering van de bestaande bodemkwaliteit op een specifieke locatie is toegestaan. Dit houdt in dat de bestaande bodemkwaliteit op de locatie waar de grond of baggerspecie wordt toegepast kan verslechteren, maar omdat tot de lokale maximale waarde alleen grond en baggerspecie mogen worden toegepast die in het bodembeheergebied zelf zijn ontgraven, is op gebiedsniveau echter geen sprake van verslechtering. De in het handelingskader opgenomen achtergrondwaarden kunnen in heel Nederland worden aangehouden, tenzij is of wordt voorzien in gebiedsspecifiek beleid1. Als de wens bestaat om in het kader van gebiedsspecifiek beleid een lokale maximale waarde vast te stellen moet de gemeente, onderscheidenlijk waterbeheerder, een bodembeheergebied aanwijzen (indien de lokale maximale waarde een verslechtering op de locatie van toepassen toestaat) en een goede motivering, bij voorkeur in een nota bodembeheer, vaststellen die aan de eisen van het Besluit bodemkwaliteit voldoet. Daarbij kan gebruik worden gemaakt van de Risicotoolbox bodem, onderscheidenlijk de Risicotoolbox waterbodems. Deze zullen worden aangevuld met informatie over PFAS. Tot die tijd kan bij het vaststellen van lokale maximale waarden boven de risicogrenswaarde die door het RIVM zijn ingewonnen bij het RIVM. Voor het vaststellen van soepelere waarden kan aanleiding bestaan als de bestaande bodemkwaliteit in een gebied slechter is dan de toepassingswaarden die landelijk worden gehanteerd, en de in het gebied vrijkomende grond en baggerspecie van slechtere kwaliteit hierdoor volgens de landelijke toepassingswaarden niet mag worden toegepast. Op voorwaarde dat in het aangewezen bodembeheergebied op gebiedsniveau sprake is van stand-still kunnen de nodige afwegingen worden gemaakt die vraag en aanbod van grond en baggerspecie binnen het gebied op elkaar afstemmen teneinde impasses bij het grondverzet en baggerwerkzaamheden te voorkomen. 1 Overigens staat artikel 39 van het Besluit bodemkwaliteit niet in de weg aan het vaststellen van lokale maximale waarden voor PFAS die lager zijn dan de achtergrondwaarde. PFAS zijn immers niet-genormeerde stoffen waarvoor nog geen achtergrondwaarde is vastgesteld in de Regeling bodemkwaliteit. RWS INFORMATIE BoToVa wijzigingen Omgevingswet Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving Griffioenlaan 2 3526 LA UTRECHT Postbus 2232 3500 GE UTRECHT T 088 797 11 11 www.rijkswaterstaat.nl Contactpersoon Sanne Vogels (senior) adviseur bodem M 06 15 42 89 00 sanne.vogels@rws.nl Datum 28 november 2023 RWS INFORMATIE Pagina 1 van 7 Beste gebruiker BoToVa, Oplevering van de Omgevingswet-toetsen in service BoToVa heeft vertraging opgelopen en is niet per 1 januari 2024 beschikbaar. Via deze memo informeren wij u over de wijzigingen die volgen uit de Omgevingswet en hoe u de resultaten van de huidige toetsen om kunt zetten naar de nieuwe toetsen Omgevingswet. Hieronder een overzicht van de reeds bestaande toetsen WBB/BBK en de nieuwe toetsen Omgevingswet. Huidige toetsen (blijven beschikbaar ivm overgangsrecht) Nieuwe toetsen Omgevingswet Regelgeving T.1 Beoordeling kwaliteit van grond en bagger bij toepassing op of in de bodem T.101 Beoordeling kwaliteitsklassen van grond en baggerspecie bij toepassen op of in de landbodem Bijlage B, tabel 1 Rbk 2022 T.101B Beoordeling kwaliteitsklasse van baggerspecie bij toepassen op landbodem in GBT Bijlage B, tabel 3a Rbk 2022 T.2 Beoordeling kwaliteit ontvangende landbodem T.102 Beoordeling kwaliteitsklassen ontvangende landbodem Bijlage B, tabel 1 Rbk 2022 T.3 Beoordeling kwaliteit van bagger en ontvangende bodem bij toepassing in een oppervlaktewaterlichaam T.103a Beoordeling kwaliteitsklassen van baggerspecie bij toepassen in een oppervlaktewaterlichaam Bijlage B, tabel 2 Rbk 2022 T.103b Beoordeling kwaliteitsklassen van de ontvangende waterbodem Bijlage B, tabel 2 Rbk 2022 T.4 Beoordeling kwaliteit van grond bij toepassing op bodem of oever van oppervlaktewater T.104 Beoordeling kwaliteitsklassen van grond bij toepassen in een oppervlaktewaterlichaam Bijlage B, tabel 2 Rbk 2022 Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving Datum 28 november 2023 RWS INFORMATIE Pagina 2 van 7 Huidige toetsen (blijven beschikbaar ivm overgangsrecht) Nieuwe toetsen Omgevingswet Regelgeving T.5 Beoordeling kwaliteit van bagger bij verspreiden op een aangrenzend perceel (landbodem) T.105 Beoordeling geschiktheid van baggerspecie bij verspreiden op de landbodem Bijlage B, tabel 3b Rbk 2022 T.6 Beoordeling kwaliteit van bagger bij verspreiden in een zoet oppervlaktewaterlichaam T.106 Beoordeling geschiktheid van baggerspecie bij verspreiden in een zoet oppervlaktewaterlichaam Bijlage B, tabel 3c Rbk 2022 T.7 Beoordeling kwaliteit van bagger bij verspreiden in een zout oppervlaktewaterlichaam T.107 Beoordeling geschiktheid van baggerspecie bij verspreiden in een zout oppervlaktewaterlichaam (Noordzee of Waddenzee/Zeeuwse Delta) Bijlage B, tabel 3c Rbk 2022 T.8 Beoordeling kwaliteit van grond bij GBT op landbodem (emissietoetswaarde) Bijlage B, tabel 3a Rbk 2022 T.9 Beoordeling kwaliteit van baggerspecie bij GBT op landbodem (emissietoetswaarde) Bijlage B, tabel 3a Rbk 2022 T.10 Beoordeling kwaliteit van grond bij GBT in oppervlaktewaterlichamen (emissietoetswaarde) Bijlage B, tabel 3a Rbk 2022 T.11 Beoordeling kwaliteit van baggerspecie bij GBT in oppervlaktewaterlichamen (emissietoetswaarde) Bijlage B, tabel 3a Rbk 2022 T.12 Beoordeling kwaliteit van grond volgens Wbb Bijlage 1 van Circulaire bodemsanering 2013 T.13 Beoordeling kwaliteit van grondwater volgens Wbb Bijlage 1 van Circulaire bodemsanering 2013 T.27 Beoordeling kwaliteit van grond en baggerspecie bij GBT; Emissiewaarden T.127 Beoordeling emissiearme grond en baggerspecie (GBT emissiewaarde) Bijlage B, tabel 3a Rbk 2022 T.129 Beoordeling emissiearme grond en baggerspecie (GBT emissietoetswaarde) Bijlage B, tabel 3a Rbk 2022 T.16 Beoordeling kwaliteit bouwstoffen (emissie) T.116 Beoordeling kwaliteit bouwstoffen (emissie) Bijlage A, tabel 1 Rbk 2022 T.17 Beoordeling kwaliteit bouwstoffen (samenstelling) T.117 Beoordeling kwaliteit bouwstoffen (samenstelling) Bijlage A, tabel 2 Rbk 2022 Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving Datum 28 november 2023 RWS INFORMATIE Pagina 5 van 7 De kwaliteitseisen voor het verspreiden van baggerspecie op de landbodem zijn aangepast en gebaseerd op het landbouwkundig gebruik. In de Regeling bodemkwaliteit 2022 is de toxische druk van het mengsel van stoffen (msPAF) en enkele normen voor de Regeling bodemkwaliteit die voorheen gold. (zie bladzijde 368 van de regeling bodemkwaliteit 2022) Factsheet verspreiden van baggerspecie onder de Omgevingswet | Informatiepunt Leefomgeving (iplo.nl) Kwaliteitseisen verspreiden baggerspecie | Informatiepunt Leefomgeving (iplo.nl) 3 Aanpassing normen voor polymeerbeton Voor polymeerbeton geldt een maximale concentratiewaarde van 20 mg/kg droge stof voor de stof ethylbenzeen en xylenen (som). (Bijlage A, tabel 2, voetnoot 3 van de Regeling Bodemkwaliteit 2022) 4 IBC vervalt Nog overgangsrecht voor IBC bouwstoffen tot 1-7-2024. Zie Overgangsrecht Besluit bodemkwaliteit | Informatiepunt Leefomgeving (iplo.nl) Wat verandert er voor toepassen van bouwstoffen? | Informatiepunt Leefomgeving (iplo.nl) 5 Wijziging van toetsregel voor ontvangende bodem en waterbodem In de consultatie is naar voren gebracht dat in het zeldzame geval dat onderzoek wordt gedaan naar stoffen waarvoor geen rapportagegrens is opgenomen in tabel gevolgen kan hebben voor de indeling van de ontvangende (water)bodem in een kwaliteitsklasse. Dit kan aan de orde zijn ingeval het betreffende laboratorium een rapportagegrens hanteert die hoger ligt dan de voor die stof opgenomen waarden in de tabellen 1 en 2 van bijlage B. In die gevallen zou zonder dat de stof door het laboratorium is aangetoond de betreffende ontvangende (water)bodem in een minder schone kwaliteitsklasse ingedeeld kunnen worden op grond van de betreffende stof. Dat is onwenselijk omdat daarmee op grond van de Rijksregels in het Besluit activiteiten leefomgeving op die betreffende ontvangende (water)bodem meer ruimte ontstaat voor het toepassen van grond en baggerspecie omdat de ontvangende (water)bodem in een minder schone kwaliteitsklasse is ingedeeld. Om die reden is in bijlage G, onderdeel I onder c (en voorkomende situatie betreffende stoffen niet worden betrokken bij het toetsen van de kwaliteit van de ontvangende (water)bodem aan de kwaliteitseisen uit bijlage B. De betreffende stof telt ook niet mee als onderzochte stof voor de toetsingsregels aan de kwaliteitsklassen. Deze aanpassing in bijlage G is alleen aan de orde voor het toetsen van de kwaliteit van de ontvangende (water)bodem. Betreffende stof wordt wel omgerekend (factor 0,7) en betrokken bij het toetsen van de kwaliteit van de vrijkomende grond en baggerspecie uit die (water)bodem. Ook daar kan de betreffende stof leiden tot een indeling van de kwaliteit van de grond of baggerspecie in een minder schone kwaliteitsklasse, wat weer tot mindere toepassingsmogelijkheden kan leiden. Dat leidt wel tot een ander soortige problematiek, in het geval van de ontvangende (water)bodem gaat het om het tegengaan dat mogelijk ten onrechte grond of baggerspecie van een slechtere kwaliteitsklasse wordt toegepast op de ontvangende (water)bodem, in Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving Datum 28 november 2023 RWS INFORMATIE Pagina 6 van 7 geval van de vrijkomende grond en baggerspecie kan mogelijk ten onrechte het aantal toepassingsmogelijkheden van de grond en baggerspecie worden beperkt maar is het milieu voldoende beschermd. Als de indeling van de grond of baggerspecie in een slechtere bodemkwaliteitsklasse voor de afzet van de grond of baggerspecie problematisch is kan initiatiefnemer het laboratorium of een ander laboratorium benaderen voor een nieuwe analyse waarbij een lagere rapportagegrens wordt gehanteerd, zodat meer zekerheid ontstaat over de vraag of de betreffende stof boven de waarden in de tabellen 1 en 2 van bijlage 2 wordt aangetroffen in de grond of baggerspecie. Als er geen lagere rapportage grens mogelijk is, dan is het uit voorzorg voor toepassing van de betreffende grond en baggerspecie het beste om uit te gaan van de situatie dat de stof toch aanwezig is (via de omrekening met factor 0,7) om te voorkomen dat schonere gebieden worden belast met de betreffende stof. In aanvulling op onderdeel I onder punt c van bijlage G wordt het volgende toegelicht: In onderdeel I van bijlage G onder punt b wordt aangegeven dat voor stoffen waarvoor wel een rapportagegrens in tabel 1 van bijlage G is opgenomen de door het laboratorium als kleiner dan de rapportagegrens gerapporteerde waarde wordt omgerekend met een factor 0,7 maal de door het laboratorium als kleiner dan de rapportagegrens gerapporteerde waarde. Dit kan bijvoorbeeld aan de orde zijn vanwege een matrixstoring waardoor een verhoogde rapportagegrens wordt gehanteerd. In dergelijke gevallen kan het bevoegd gezag een afweging maken om de betreffende stof al dan niet te betrekken bij het indelen van de ontvangende bodem in een bodemkwaliteitsklasse. Dit met het oog op voorkomen van verslechtering van de bodemkwaliteit. In de consultatie is naar voren gebracht dat de vermenigvuldiging oplosbare stoffen in het grondwater soms een te slecht beeld schetsen van de kwaliteit van het betreffende monster van het grondwater. In bijlage G is daarom een tekst toegevoegd dat in voorkomende gevallen de onderzoeker onderbouwd kan motiveren dat het betreffende monster niet in die mate is verontreinigd als het toetsingsresultaat aangeeft. (Regeling bodemkwaliteit 2022, pagina 388-389) Toetsen van analyseresultaten bodemonderzoek en milieuverklaringen bodemkwaliteit | Informatiepunt Leefomgeving (iplo.nl) Staatscourant 2023, 1338 | Overheid.nl > Officiële bekendmakingen (officielebekendmakingen.nl) 6 Grondwater toetsing vervalt Voor grondwater zijn instructieregels opgenomen in het Besluit Kwaliteit Leefomgeving (BKL) (omgevingswaarden). Er is daarom geen toets opgenomen in BoToVa. Grondwater en omgevingswaarde | Informatiepunt Leefomgeving (iplo.nl) Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving Datum 28 november 2023 RWS INFORMATIE Pagina 7 van 7 7 Specifieke toets voor bepaling graven boven of onder interventiewaarde. Voor het bepalen van welke milieubelastende activiteit graven van toepassing is op een locatie, namelijk boven of onder de interventiewaarde, is een specifieke toets toegevoegd aan BoToVa. Wat verandert er voor graven in de bodem | Informatiepunt Leefomgeving (iplo.nl) Sanne Vogels (senior) adviseur bodem
26 juni 202413.09 MBHoort bij dossier Woo-verzoek, Schippersplas 26 maart 2024
Download PDF
PDF20240222_bijlage_melding_682790-0_geredigeerd.pdf
Melding besluit bodemkwaliteit Meldingnummer: 682790.0 Melding gedaan op: 22-02-2024 Melding type: Toepassing partij Melding gedaan door: DBG 06 @dbgbouwenreststof fen.nl Status: Verzonden 1. Algemene gegevens van de toepasser / eigenaar Naam Staatsbosbeheer regio Noord Postadres Trompsingel 1 9724CX Groningen Telefoonnummer 0507074444 Faxnummer -- E-mailadres -- Rechtspersoon Organisatie KvK nummer: -- Vestigingsnummer: -- Contactpersoon Naam Telefoonnummer -- Mobielnummer -- E-mailadres @staatsbosbeheer.nl 2. Algemene gegevens van de toepasser / uitvoerder Naam DBG Bouw- en Reststoffen Postadres De Meerpaal 11 9206AJ Drachten Telefoonnummer 0512586230 Faxnummer -- E-mailadres info@dbgbouwenreststoffen.nl Rechtspersoon Organisatie KvK nummer: -- Vestigingsnummer: -- Contactpersoon Naam Telefoonnummer -- Mobielnummer 06 E-mailadres @dbgbouwenreststoffen.nl 3. Beoogde toepassing bouwstoffen, grond of baggerspecie Toegepast materiaal: Baggerspecie Toepassingtype: Toepassing in grootschalige bodemtoepassing GBT Kern of Leeflaag: Kern Toepassingsgebied: In / op de waterbodem in anaëroob milieu 4. Project details Naam: Herinrichting Schippersplas te Rheezerveen Startdatum: -- Einddatum: -- 5. Toepassing details Toe te passen partij Startdatum: 31-01-2024 Afrondingsdatum: 29-02-2024 Materiaal hoeveelheid: 360 m³ Toepassing Laagdikte (m): 5,20 Laagdikte volume (m³): 141000 Laagdikte beschrijving: Maximaal 4,7 m laagdikte onder water Leeflaag dikte (m): 0,50 Leeflaag volume (m³): 25000 Leeflaag beschrijving: verontdieping en aanleg eiland en zichtheuvel worden afgedekt met 0,5 m leeflaag Rapport Naam organisatie die rapport geschreven heeft: Enviso Ingenieursbureau Rapportnummer: EN06221-001 6. Adresgegevens van de toepassingslocatie Adres: nabij Ommerweg Postcode: 7797RC Plaats: Rheezerveen X-coördinaat: 232076 Y-coördinaat: 508100 Bodemlaag hoogte t.o.v. maaiveld: -- Omschrijving: -- Plattegrond Plattegrond: 7. Gegevens van de locatie van herkomst Grondbewerkingsinrichting: -- Adres: Sluizenmoat Postcode: 8106BE Plaats: Marienheem X-coördinaat: 218681 Y-coördinaat: 488925 Bodemlaag hoogte t.o.v. maaiveld: -- Omschrijving: -- Plattegrond Plattegrond: 8. Wie is bevoegd gezag voor de toepassing Bevoegd Gezag Type: Waterschap Bevoegd Gezag Naam: Waterschap Vechtstromen Afdeling: -- Adres: Kooikersweg 1 Postcode: 7609PZ Plaats: ALMELO Telefoonnummer: 088-2203333 Faxnummer: 9. Bodemfunctieklasse en bodemkwaliteitsklasse ter plaatse van de toepassing Waterbodemkwaliteitklasse: Voldoet aan de achtergrondwaarden (AW 2000) 10. Milieuhygiënische verklaringen Milieuhygiënische verklaringen: Verklaring op basis van bodemonderzoek Naam erkende uitvoerende instantie Drentse Overijsselse Delta Rapportnummer Geen rapportnummer Milieuhygiënische verklaringen: Rapp_Verkennend-Waterbodemonderzoek- Marienheem_inclBijlagen-Def.pdf Kwaliteitgegevens bestand: -- Partijsplitsing Partij gesplitst: nee Partijrelatie: -- Splitsing uitgevoerd: -- Datum splitsing: -- 11. Status (Bevoegd Gezag) Kenmerk Melder: DBG00103-042 Opmerking melder: Betreft toepassing van baggerspecie klasse A.(LV) Voor vragen en/of opmerkingen ben ik bereikbaar op mijn mobiel nummer Kenmerk bevoegd gezag: -- Naam behandelaar: -- Opmerking bevoegd gezag: -- Indicatie 'Volledig': Onbekend Indicatie 'Goedgekeurd': Onbekend Indicatie 'Ingetrokken door melder': Onbekend Indicatie 'Partij is toegepast': Onbekend Indicatie 'Administratief afgehandeld': Onbekend Indicatie 'Toezicht houden in het veld': Onbekend Indicatie 'Toezicht gehouden in het veld': Onbekend Indicatie 'Bruikbaar voor bodemkwaliteitskaart': Onbekend
26 juni 202473 KBHoort bij dossier Woo-verzoek, Schippersplas 26 maart 2024
Download PDF
PDF20240228_bijlage_2024063_rapportage_zanddepot_aan_de_kanaalweg_west_te_marienberg_geredigeerd.pdf
26 juni 20248.59 MBHoort bij dossier Woo-verzoek, Schippersplas 26 maart 2024
Download PDF
PDF20200410_verzoek_m-b-t-uitvoering_werkzaamheden_bij_de_vml-schippersplas_van_envisio_20200410_ge.pdf
26 juni 202494.78 KBHoort bij dossier Woo-verzoek, Schippersplas 26 maart 2024
Download PDF
PDF20231003_re_baggeren_dante_vijvers_te_ommen_2024_geredigeerd.pdf
1 Van: Verzonden: dinsdag 3 oktober 2023 10:26 Aan: CC: ; Onderwerp: RE: Baggeren Dante vijvers te Ommen (2024) Beste De par j kan toegepast worden. Het Waterschap kan deze par j aanmelden bij . Vervolgens moet hij de BBK melding indienen bij ons. Met vriendelijke groet, Adviseur vergunningverlener Waterkwaliteit Mobiel: 06 – E-mail: @vechtstromen.nl Van: @vechtstromen.nl> Verzonden: donderdag 28 september 2023 06:12 Aan: @vechtstromen.nl> CC: < @vechtstromen.nl> Onderwerp: RE: Baggeren Dante vijvers te Ommen (2024) Goedemorgen , Uiteraard, in de bijlage het gevraagde document Afwachtend op u reac e. Met vriendelijke groet, Directievoerder afd. projecten Waterschap Vechtstromen M: 06 E: @vechtstromen.nl 2 T: 088 2203333 www.vechtstromen.nl De informatie in dit e-mail bericht (inclusief informatie in bijlagen) is uitsluitend bestemd voor het gebruik door de geadresseerde. Indien u deze e-mail per ongeluk ontvangt, verzoeken wij u vriendelijk contact op te nemen met de opsteller daarvan, het bericht te vernietigen en de inhoud daarvan niet te gebruiken of aan derden te openbaren. Van: < @vechtstromen.nl> Verzonden: woensdag 27 september 2023 16:43 Aan: < @vechtstromen.nl> CC: < @vechtstromen.nl> Onderwerp: RE: Baggeren Dante vijvers te Ommen (2024) Goedemiddag , Is er een par jkeuring van de uitgebaggerde grond van de Dante Vijvers? Ik wil even controleren of de bevindingen van , zoals aangegeven in zijn mail, kloppen. Met vriendelijke groet, Adviseur vergunningverlener Waterkwaliteit Mobiel: 06 – E-mail: @vechtstromen.nl Van: @vechtstromen.nl> Verzonden: woensdag 27 september 2023 15:23 Aan: < @vechtstromen.nl> CC: @vechtstromen.nl> Onderwerp: FW: Baggeren Dante vijvers te Ommen (2024) , 3 Zie onderstaande mailwisseling. Kunt u er ook mee instemmen om de bagger te storten in de Schippersplas? Met vriendelijke groet, Directievoerder afd. projecten Waterschap Vechtstromen M: 06 E: @vechtstromen.nl T: 088 2203333 www.vechtstromen.nl De informatie in dit e-mail bericht (inclusief informatie in bijlagen) is uitsluitend bestemd voor het gebruik door de geadresseerde. Indien u deze e-mail per ongeluk ontvangt, verzoeken wij u vriendelijk contact op te nemen met de opsteller daarvan, het bericht te vernietigen en de inhoud daarvan niet te gebruiken of aan derden te openbaren. Van: @dbgbouwenreststoffen.nl> Verzonden: donderdag 31 augustus 2023 15:38 Aan: @vechtstromen.nl> Onderwerp: RE: Baggeren Dante vijvers te Ommen (2024) Goedemiddag , Wellicht zou u deze vraag ook nog bij uw collega neer kunnen leggen overigens. beoordeeld de meldingen als bevoegd gezag. Met vriendelijke groet, Project Coördinator DBG bouw- en reststoffen 0512 - 58 62 30 Postbus 332, 9200 AH Drachten De Meerpaal 11, 9206 AJ Drachten @dbgbouwenreststoffen.nl 06 - 4 www.dbgbouwenreststoffen.nl Van: < @vechtstromen.nl> Verzonden: donderdag 31 augustus 2023 15:32 Aan: < @dbgbouwenreststoffen.nl> Onderwerp: RE: Baggeren Dante vijvers te Ommen (2024) Goedemiddag , Vriendelijk dank voor u reac e, Hier kan ik mee verder. Met vriendelijke groet, Directievoerder afd. projecten Waterschap Vechtstromen M: 06 E: @vechtstromen.nl T: 088 2203333 www.vechtstromen.nl De informatie in dit e-mail bericht (inclusief informatie in bijlagen) is uitsluitend bestemd voor het gebruik door de geadresseerde. Indien u deze e-mail per ongeluk ontvangt, verzoeken wij u vriendelijk contact op te nemen met de opsteller daarvan, het bericht te vernietigen en de inhoud daarvan niet te gebruiken of aan derden te openbaren. Van: @dbgbouwenreststoffen.nl> Verzonden: donderdag 31 augustus 2023 15:12 Aan: < @dagnl.nl> Onderwerp: RE: Baggeren Dante vijvers te Ommen (2024) Goedemiddag , Zoals ik het kan beoordelen mag deze bagger worden toegepast in de Schippersplas.  Alle bagger klasse A;  Arseen allemaal kleiner dan de waarde voor klasse A;  P vak 2 t/m 5 <0,5 g/kg;  Vak 1 en 6 P is > 0,5 g/kg maar < 1,36 g/kg en P/Fe ra o <0,055; 5  PFAS niet boven 0,8 – 1,1. Nb.  Voorafgaand aan de defini eve levering dient het Waterschap Vechtstromen als bevoegd gezag akkoord te geven op de accepta e, deze procedure is 5 werkdagen;  Indien het waterschap geen toestemming verleend kan de grond niet geaccepteerd worden. Met vriendelijke groet, Project Coördinator DBG bouw- en reststoffen 0512 - 58 62 30 Postbus 332, 9200 AH Drachten De Meerpaal 11, 9206 AJ Drachten @dbgbouwenreststoffen.nl 06 - www.dbgbouwenreststoffen.nl Van: @dagnl.nl> Verzonden: donderdag 31 augustus 2023 11:39 Aan: < @dbgbouwenreststoffen.nl> Onderwerp: Baggeren Dante vijvers te Ommen (2024) Geachte , Wij zijn als waterschap Vechtstromen voornemens om in 2024 de Dante te Ommen te baggeren. Aangezien de Gemeente Ommen verantwoordelijk is voor de afzet hebben zij ter kennis gegeven dat hun graag de bagger naar Schippersplas willen laten brengen. De laatste 2 baggerklussen van Vechtstromen waarvan ik een budgetraming heb gemaakt ben ik er vanuit gegaan dat ik kon afvoeren naar Schippersplas. Helaas werd jdens de uitvoering duidelijk dat bij beide projecten de Fosfaat grens werd overschreden. Hierbij de vraag of u dit keer alvorens de uitvoering even wilt toetsen of de bagger van de Dante daadwerkelijk naar Schippersplas mag. In de bijlage vindt u het bodemonderzoek van Schippersplas. Alvast dank. Met vriendelijke groet, Directievoerder afd. projecten Waterschap Vechtstromen M: 06 E: @vechtstromen.nl
26 juni 2024947.32 KBHoort bij dossier Woo-verzoek, Schippersplas 26 maart 2024
Download PDF
PDF20240306_bijlage_melding_milieuhygienische_verklaring_33_1_geredigeerd.pdf
Grondbank De Bree Milieuhygiënische Verklaring BRL 9335 Certificaat GR-061 F0503003 Doc. versie 6.0 Gegevens certificaathouder Productielocatie Naam : NTP B.V. Naam : Grondbank De Bree Adres : De Netelhorst 2 Adres : Kanaalweg 2c PC + plaats : 8051 KE Hattem PC + plaats : 7475 MA Markelo Certificaathouder beschikt over NL BSB® productcertificaat en verklaart hierbij de in deze Milieuhygiënische verklaring benoemde partij overeenkomstig protocol 9335-1 milieuhygiënisch gekwalificeerd te hebben. De partij betreft grond De partij betreft baggerspecie Partij nummer: 755.1 Te leveren hoeveelheid: 1826.41 ton Datum 06-03-2024 Verwachte periode van levering: week 11 t/m week 18 2024 Toegepast protocol 9335-1, individuele partijen grond Partijkenmerk: 755 (BH), oorspronkelijke partijgrootte 1826.41 ton Enkelvoudige partij Samengevoegde partij Na keuring samengevoegde partij Gesplitste partij Gelegaliseerde partij De partij is onderzocht op de volgende standaardpakketten: Pakket A Pakket C1 Pakket C2 Pakket C3 Pakket D Uitloging Aanvullende parameters: Asbest en PFAS Deze partij is gekwalificeerd voor toepassing op of in de bodem, en voldoet aan de achtergrondwaarden voldoet aan kwaliteitsklasse wonen voldoet aan kwaliteitsklasse industrie De partij is aanvullende gekwalificeerd voor de volgende toepassing: voldoet aan de emissiewaarden voor toepassing in een grootschalige bodemtoepassing voldoet aan de lokale maximale waarden binnen gebied , van bodembeheernota Deze partij is gekwalificeerd voor toepassing op of in de bodem of oever van een oppervlaktewaterlichaam, en voldoet aan de achtergrondwaarden voldoet aan kwaliteitsklasse A voldoet aan kwaliteitsklasse B en kwaliteitsklasse industrie voldoet aan kwaliteitsklasse B De partij is aanvullende gekwalificeerd voor de volgende toepassing: voldoet aan de maximale waarden voor toepassing in een grootschalige bodemtoepassing F0503003 Doc. versie 6.0 Zeven Partij gezeefd over 20mm. Beperkingen t.a.v. splitsen De partij mag onbeperkt worden gesplitst. Splitsen in deelpartijen van minimaal ton is toegestaan. Splitsen is niet toegestaan, de partij moet als een geheel worden toegepast Gegevens afnemer Aangegeven toepassingslocatie Naam : BDG Naam : Schippersplas Adres : Postbus 332 Adres : Coevorderweg 48 PC + plaats : 9200 AH Drachten PC + plaats : 7737 PG Stegeren Wenken voor de afnemer: • Deze Milieuhygiënische verklaring is geldig tot maximaal 3 jaar na de datum van uitgifte en dient gedurende een periode van minimaal 5 jaar bewaard te blijven. • Indien gewenst kunt u nadere specificaties over de partij opvragen bij de certificaathouder. • Op grond van artikel 42 van het Besluit bodemkwaliteit dient het voornemen tot toepassen van de partij minimaal vijf dagen voor de werkelijke toepassing gemeld te worden via www.meldpuntbodemkwaliteit.agentschapnl.nl (behoudens als er sprake is van een vrijstelling als genoemd onder lid 8) • Deze erkende Milieuhygiënische verklaring is de milieuhygiënische verklaring die bij de melding dient te worden gevoegd. • Splitsen van de partij mag alleen onder de op deze kwaliteitsverklaring aangegeven beperkingen. Verder dient u zich hierbij rekenschap te geven van de in artikel 4.3.1 van de Regeling bodemkwaliteit opgenomen administratieve bepalingen. • Bij transport van grond of bagger dient het transport van partijen die worden aangemerkt als een ‘afvalstof’, vergezeld te gaan van een ‘begeleidingsbrief’, zoals bedoeld in de Wet milieubeheer en het Besluit en de Regeling melden bedrijfsafvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen. Voor verdere info: http://www.lma.nl.
26 juni 2024104.35 KBHoort bij dossier Woo-verzoek, Schippersplas 26 maart 2024
Download PDF
1...11...177