-INTERN, VERTROUWELIJK-
Achtergrond
Ca. 2 weken geleden stond een overleg tussen Emmen en de NAM op de agenda. Vanwege de
uitspraken van NAM in Dinkelland (‘stoppen in Twente, uitwijken naar Schoonebeek’) waar de
Drentse overheden volkomen door verrast waren, is besloten om het reeds geplande overleg met
NAM te benutten om tekst en uitleg te vragen. Gemeente Coevorden en provincie Drenthe zijn bij
dat overleg aangehaakt.
Partijen hebben op dat moment hun verwondering/ergernis uitgesproken over de communicatie
door NAM en gevraagd. Afspraak: “partijen gaan elkaar over en weer niet meer verrassen”. Tevens
aan NAM de opdracht om een procesvoorstel voor het vervolg te maken. Het is onduidelijk of er een
verslag van dit overleg is gemaakt.
Het overleg van 11 februari is het tweede overleg. In die zin hebben wij nog niet veel gemist.
Genodigden 11 februari
Genodigde bestuurders zijn: gemeente Coevorden (Bergsma, Huizing), gemeente Emmen (van
Oosterhout, vd Weide, Rink), provincie Drenthe (Stelpstra), Waterschap Vechtstromen (Aarnink).
Daarnaast een ambtelijke vertegenwoordiging van de overheden:
Coevorden: )
Emmen: )
Drenthe: ), )
Waterschap:
Namens NAM zijn en uitgenodigd.
Aanwezigen 11 februari
Coevorden kon vanmiddag nog niet aangeven of/welke bestuurders aanwezig zijn. Vermoedelijk
Huizing. Ambtelijk is Coevorden niet aanwezig. De overige partijen zijn voor zover bekend zowel
ambtelijk als bestuurlijk vertegenwoordigd, maar onduidelijk is of alle genodigden er zullen zijn.
Agenda 11 februari
Desgevraagd gaf vanmiddag aan dat er (nog) geen agenda is voor het overleg. Hij spreekt
zijn bestuurder donderdagmiddag pas. Mogelijk volgt daarna een agenda.
Hoe zitten partijen in de wedstrijd
Tijdens het ambtelijk overleg vanmiddag is stilgestaan bij de vraag hoe partijen in de wedstrijd zitten,
zowel wat betreft het voorliggende procesvoorstel van de NAM als hoe zij aankijken tegen het
vervolg/de komende periode.
NB hieronder volgt in mijn eigen woorden de ambtelijke terugkoppeling. Het lijkt er sterk op dat
partijen nog bezig zijn hun eigen positie te kiezen. Van een formeel bestuurlijk standpunt is dan ook
nog geen sprake.
Drenthe:
• wil vrijdag niet te inhoudelijk ingaan op het procesvoorstel. Hij zit meer op de lijn vd
2e kamer: wil weten hoe NAM de toekomst van de oliewinning in Schoonebeek ziet op de
korte en middellange termijn. Kaarten op tafel. Ook wil hij meer inzicht in de omvang van de
directe en indirecte werkgelegenheid die verbonden is met de oliewinning. Dat is iets waar
NAM vaak mee schermt maar de exacte herkomst van die cijfers is onduidelijk.
• wil van NAM weten wat zij verwachten qua meest logische uitkomst van het 2e deel
van het herevaluatieonderzoek: waar denken zij dat het naartoe gaat?
• wil een duidelijker communicatie- en procesplan zien.
• Belangrijkste: wil zsm inzicht in wat Drenthe concreet kan verwachten qua activiteiten,
aanvragen enz aangezien men wil stoppen in Twente.
Ambtelijke reflectie Drenthe op procesplan: heeft het karakter van een feitenrelaas, veel open
einden, die moeten niet door de decentrale overheden ingevuld worden maar door de NAM.
Verder werd aangegeven dat men in Drenthe een beetje jeuk krijgt dat de hele discussie (ook in Den
Haag) draait om Twente. Aan Drenthe daarentegen wordt nauwelijks aandacht besteed – ook niet in
de kamerbrief die 7 februari is gepubliceerd.
Emmen:
• Overleg met bestuurder heeft nog niet plaatsgevonden. Onderstaande is ambtelijk
standpunt.
• Procesplan NAM is geen procesplan. Feitenrelaas. Ondermaats, moet beter.
• ‘we staan aan de vooravond van oliewinning 3.0 in Schoonebeek’ (1.0 waren de jaknikkers,
2.0 de wijze waarop de oliewinning vanaf 2010 plaatsvond)
• Er is nog veel onduidelijk, o.a. de gevolgen van de MKBA die het Rijk nav de motie-Bromet
uitvoert en de opgave die NAM heeft voor verduurzaming (NAM is momenteel
verantwoordelijk voor ca. 4% van de totale jaarlijkse CO2-uitstoot in de provincie).
• Goed proces met de omgeving heel belangrijk; NAM èn decentrale overheden hebben een
rol daar in.
Coevorden:
• Lijkt nog niet al te zeer op de hoogte van laatste stand van zaken; nog geen bestuurlijke
terugkoppeling geweest. Sluit zich vooral aan bij wat Emmen zegt.
Vechtstromen:
• Portefeuillehouder gesproken over procesplan. Terugkoppeling conform hetgeen in PFO 7-2
besproken is:
o Procesplan ondermaats; bevat teveel open einden. Deze moeten niet door de
overheden ingevuld worden maar door NAM
o Transparantie is voor ons absolute must. Geen schijn van achterkamertjespolitiek
met NAM. Niet medeplichtig gemaakt worden in een proces. Sluitstuk van het proces
is een vergunningsaanvraag van NAM bij ministerie. Daarop volgt adviesaanvraag. Op
dat moment leveren wij onze formele inbreng, in de eerste plaats beredeneerd
vanuit het watersysteembelang. Zakelijke opstelling.
• Heb daarbij onderstreept dat wij qua werkgebied zowel in Twente als Drenthe liggen en
bovendien leverancier zijn van het water (en, zo blijkt uit het eerste herevaluatierapport,
wellicht ook een bijdrage kunnen leveren aan de verwerking daarvan). Daarmee meerdere
rollen. Dit maakt dat zorgvuldigheid absoluut voorop staat.
Persoonlijke reflectie
Uit het gesprek dat op deze inleidingen volgt (en eerdere 1 op 1 gesprekken die ik heb gevoerd)
komen een aantal interessante dingen naar voren:
• Emmen wil zich duidelijk ‘breed maken’ op dit dossier. Heeft een inhoudelijk zwaargewicht
ingehuurd ( , , ZZP,
vanger, thuis in politiek en maatschappelijk complexe
vergunningstrajecten). Tevens wil men nog een stevige beleids/procesadviseur in de arm
nemen voor het communicatie- en gebiedsproces.
• Naast de oliewinning in Schoonebeek ziet Emmen kansen voor gebruik van het puurwater in
andere toepassingen (glastuinbouw, peilhandhaving Rietplas). Minder watervraag door de
NAM is voor hun dus interessant. Ook trekt ze de discussie wat breder: wat gebeurt er zoal in
het Rijk en hoe ziet de toekomst van de delfstofwinning er uit; wat betekent dat op termijn.
• Emmen is van mening dat het gebiedsproces een “samenwerking” moet zijn tussen NAM en
de decentrale overheden. Hier vertroebelde de discussie. Ik heb ‘m strak neergezet: NAM wil
iets in dit gebied, het is hun aanvraag en dus ook hun gebiedsproces. Wij willen best aan de
voorkant meedenken, ambtelijk of bestuurlijk, en eventuele suggesties meegeven. Mits in
volledige transparantie uiteraard. Tot zover. Wat voor ons telt is dat er op het einde van de
rit een vergunningaanvraag ligt waar wij formeel advies over moeten geven qua impact op
het watersysteembeheer. Die vergunningaanvraag (met alles wat daarbij komt kijken incl
onderliggend gebiedsproces) moet het product van NAM zijn en niet (mede) van de
decentrale overheden.
De andere partijen zaten er wat anders in. Emmen ziet een veel nadrukkelijker rol voor
zichzelf weggelegd en Coevorden sluit zich daarbij aan. Provincie is wat voorzichtiger, maar
sluit een vorm van “samenwerking” op voorhand niet uit. Daarbij gaven deze partijen aan dat
gemeenten en provincie met meer belangen rekening hebben te houden dan alleen het
waterbelang. Daar heb ik natuurlijk begrip voor, maar ik ben van mening dat dat tot uiting
moet komen in het formele advies op de vergunningaanvraag en niet ‘aan de voorkant’ door
een al te nadrukkelijke rol in het gebiedsproces te spelen.
• Tegelijkertijd geven alle partijen aan dat de schijn van partijdigheid voorkomen moet
worden, geen achterkamertjespolitiek, transparantie. Op dit vlak kunnen we elkaar dus
vinden.
• Als toelichting op mijn terughoudendheid rond de term “samenwerking” met NAM heb ik
desgevraagd uitgelegd dat NAM de afgelopen jaren niet bepaald scheutig is geweest met
informatie en veelal op basis van een ‘must know’ strategie lijkt te handelen. Wekt bij mij de
indruk dat we vaak niet de hele puzzel zien, maar telkens een nieuw puzzelstukje krijgen. Dit
draagt niet bij aan onderling vertrouwen en dat heb je wel nodig wanneer je een vorm van
“samenwerking” aan zou willen gaan. In reactie hierop kwam Emmen met een beschouwing
op ‘mate van vertrouwen’ en ‘mate van controle’ hetgeen tot verschillende opstellingen in
samenwerkingsverbanden leidt. Ik ben misschien bevooroordeeld maar tussen de regels
hoorde ik: “waterschap heb een beetje vertrouwen, doe niet te krampachtig en ga vanuit
een open houding de samenwerking aan”. Mooi pleidooi maar ik vraag me af of dit dossier
zich daar wel toe leent…
Advies voor 11 februari
Daarmee kom ik tot mijn advies voor 11 februari:
• In de eerste plaats een afwachtende houding aannemen. Eens goed luisteren wat er zoal
voorbij komt.
• Niet te inhoudelijk in gaan op procesvoorstel NAM. Aansluiten bij Stelpstra: In de eerste
plaats is zicht op het toekomstperspectief voor de korte en middellange termijn van belang.
Voorliggend document bevat nog te weinig proces en teveel feiten. Dit moet NAM nader
uitwerken.
• Bij gelegenheid transparantie/zorgvuldigheid benadrukken: niet in de geringste mate de
schijn van achterkamertjes. Wij zijn er voor alle burgers.
• Vervolg: ik neem aan dat tijdens het overleg aan de orde komt of er een structureel overleg
cq bestuurlijke/ambtelijke begeleidingsgroep moet worden ingesteld.
Ook hier adviseer ik een terughoudende opstelling, maar wel vanuit een positieve
grondhouding. Het is op dit moment nog onvoldoende duidelijk welke overlegverbanden er
moeten komen, wat het precieze doel/opdracht is en welke partijen daar aan tafel komen te
zitten. Bijvoorbeeld: NAM wel/niet vertegenwoordigd, hoe zit het met afvaardiging vanuit
ministerie, Duitse overheden, Erkend Overlegpartners, enz? Eerst meer duidelijkheid, dan
bespreken we het intern in ons DB.
PM dit hangt deels samen met het onvolledige procesplan van NAM, maar deels moeten wij
hier als overheden ook zelf wat van vinden. Gaan wij als overheden ons organiseren en zo ja
op welke wijze; wie pakt hierin de lead?
• Grondhouding: in de basis staan wij positief tegenover informerend overleg voor zover dit
rechtstreeks verband houdt met de uiteindelijke adviesaanvraag van het ministerie: we
worden graag op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen door NAM. Ook is zo’n
informerend overleg tussen de decentrale overheden van toegevoegde waarde om te weten
wat er zoal (bestuurlijk) speelt. Gaat zo’n gremium echter verder dan uitsluitend elkaar
informeren dan zijn wij vooralsnog terughoudend. Want daar horen spelregels bij: hoe ver ga
je daar in? Wij vinden het van belang om daar op voorhand volkomen helder over te zijn naar
elkaar. Omwille van transparantie en wederzijds verwachtingspatroon.
• (PM: een rol voor ons als agendalid in plaats van structureel onderdeel van hetgeen nog
komen gaat zou misschien helemaal niet zo verkeerd zijn…)
26 juni 2024 | 195.33 KB | Hoort bij dossier Woo-verzoek, Stop Afvalwater Schoonebeek 23 april 2023